Vrijdag 3 september
Vanuit Roermond zijn we verder de Maas afgezakt. Maken een tussenstop in Kessel en Mook. In Kessel liggen we direct langs de Maas, met de hoge wand waarop Kessel is gebouwd aan de linker- en de traag stromende Maas aan de rechter zijde. Ik sta de volgende dag om om zes uur op en zie dat de pont bij Kessel langzaam volloopt met de eerste fietsers en wandelaars. Klokslag 6.30 uur gaat de pont voor het eerst die dag naar de overzijde en neemt direct 5 auto’s mee terug naar Kessel. Een ritueel, waarvan ik verwacht, dat het zich elke werkdag herhaalt. Vanuit het noorden komt het eerste schip in het vale ochtendlicht de Maas afzakken. Prachtig om de traagheid van het leven op de rivier zo mee te maken.

In Mook leggen we aan in een klein haventje direct aan de Maas. Liggen tussen de woonwagens van de kermisklanten die toevallig dit weekend de kermis bij de kerk hebben opgebouwd. Er staat een botsautobaan, een draaimolentje, een schiettent en wat spelletjes- en eetkramen. Met het druilerige weer een beetje mistroostig gezicht. De kermis heeft blijkbaar niet meer de aantrekkingskracht die het vroeger had, toen ik in Noordwijkerhout nog naar de kermis toeleefde.

Kaart van de Rijndelta met de hoogteverschillen in het stroomgebied.
Op maandag nemen we vanaf de Maas de afslag rechts naar het Maas-Waalkanaal en gaan vervolgens 12 kilometer verderop, na de sluis bij Nijmegen, rechtsaf de Waal op. We zijn direct klaarwakker. Als je een paar weken op de Maas gevaren hebt, de stroom mee hebt gevoeld en de grote schepen hebt gezien die daar varen, dan sta je er niet bij stil dat de Waal een rivier is die veel machtiger is, wel 10 keer meer water afvoert dan de Maas en waar veel grotere combinaties varen. De stroom komt ons op de Waal met donderend geweld tegemoet. We hebben moeite om Tiberius met de neus er tegenin te krijgen. Ik moet daarvoor flink gas geven. Als ik Tiberius opvoer naar een ongebruikelijk toerental van 2400 omwentelingen en 14 km/uur door het water ga, hou ik niet meer dan een magere 9 km/uur over de grond over. We hebben ons dan al met nog vier andere jachten via de marifoon bij Sector Nijmegen gemeld en krijgen te horen waar de grote binnenvaartschepen zich op de Waal bevinden. We ploeteren verder de Waal op tot de Lindenberg- haven. Daar vinden we net een gaatje aan het langssteiger waar we vast kunnen maken.





We kennen Nijmegen nog niet zo goed. Het is een beetje een vreemde stad vinden we. We zien een lappendeken aan nieuwe en oude architectuur. Het resultaat van de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog. Van een wederopbouwplan lijkt hier zo te zien geen sprake zoals we dat in Middelburg wel hebben gezien. Ook het museum Valkenhof kan ons niet bekoren. De haven zelf vinden we wel gezellig met veel oude schepen. Op het schip van Opoe Sientje eten we iets. We gaan ook naar Kinki kappers om er weer ’n beetje fatsoenelijk uit te zien. Woensdag zetten we koers naar de IJssel. Daarvoor moeten we eerst 16 kilometer de snel stromende Waal op. We hebben dan al informatie bij een aantal schepen ingewonnen over hoe je je het best op de Waal kunt gedragen. We wachten tot er geen scheepvaart meer is en stomen de Waal op. We kiezen direct het vaarwater aan de overzijde waardoor we de binnenbocht nemen waar iets minder stroom staat. Dat spelletje herhalen we nog 4 keer en komen na 1 uur en 45 minuten bij het Pannerdensch kanaal dat ons met 4 kilometer stroom mee naar de IJssel brengt. Op de Waal varen we zowat met de grote beroepsjongens mee, wat voor ons een rustig beeld geeft. We leren het wel.

Op de IJssel varen we direct door naar Doesburg omdat we horen dat Gerda en Dick er met hun mooie Pollard boot liggen. We krijgen een heerlijk diner van hen aangeboden in het Arsenaal in Doesburg. Twee dagen later lunchen we samen met Michel en Jaqueline in hetzelfde restaurant. Wat boffen we ontzettend met dit stralende zomerweer, een blauwe strakke lucht in dit mooi gerestaureerde haventje.
Ook nog even in Deventer langs als jullie toch op de IJssel zitten? Binnensingel, misschien te weinig diepgang voor jullie schip?
Verstuurd vanaf mijn iPhone Alide vandenBerg
>
LikeLike
Hoi Alide. We liggen nu nog steeds in Zutphen. Zo’n prachtige plaats. Komende week laten we ons verder meevoeren de IJssel af. De singel van Deventer kunnen we niet in. Er is jammergenoeg geen sluis tussen De IJssel en het binnenwater. Voordat de brug in de oorlog vernield werd, was die er wel en kon je naar binnen varen. Moeten ze maar weer eens terug brengen. Groet van de Tiberius, Ria en Aad
LikeLike