Helemaal los

26 juli ’s Hertogenbosch

Vanuit de Kuip getekend: Prachtige, zeer gedetailleerde Neo-renaissancegevels aan de Stationsweg in ’s Hertogenbosch

Dinsdag, 20 juli hebben we ’s Hertogenbosch tijdelijk verlaten en vol goede moed onze koffers gepakt om met het OV naar Amersfoort te reizen. Daar staat een Greenwheels auto op het station op ons stond te wachten. We hebben dit keer een bestelauto voor een week gehuurd. Die hebben we wel nodig ook! We gaan ons overgebleven “bezit” op de wal drastisch beperken!

 Maar eerst vieren we dinsdagavond de verjaardag van Gerard. Voor het eerst zien we bijna al Aad’s broers en zusjes weer. Door het wereldwijd verspreide virus was dat meer dan een jaar geleden. 

De berging die we in Amersfoort mochten gebruiken moeten we leeg opleveren. Woensdag gaan we eerst maar eens ruimte maken zodat we een beetje kunnen werken. Twee rondjes stort en kringloop brengen verlichting. Alles wat weg kan gaat ook weg! Nu kunnen we beter sorteren. Weer een splitsing van spullen die al dan niet bewaard moeten worden. Alleen fotoboeken, de accordeon van Aad, wat servies, vazen en onze bed-ombouw gaan in de opslag bij de verhuizer. Verder gaan onze oude fietsen en meerdere dozen naar Thijs en Marisja. De kinderboeken en Ivo’s servies gaan in de berging bij Ivo en Lisa. Nog een paar rondjes stort op donderdag en alles is klaar voordat vrijdag de verhuizer de laatste spulletjes op komt halen. Aad haalt op de Westsingel de stellingkasten uit elkaar. Zaterdag zetten Marisja en ik ze weer in elkaar, maar dan bij Ivo en Lisa. Hierdoor hebben ze een overzichtelijke en ruime berging. 

Op zaterdag zagen Aad en Thijs planken voor in de kasten van Ivo en Lisa. Die zaten er voor een deel nog steeds niet in. Gekke dag, die zaterdag, want ik ben jarig. Het is een beetje rommelig, dat wel; maar ik heb nu wel al mijn kids bij elkaar! ’s Avonds worden we feestelijk ontvangen op de Koppel. Thijs en Marisja hebben een heerlijke verjaardagsmaaltijd gemaakt. Met bloemen op tafel: nu voel ik me echt jarig!

Al die tijd in Amersfoort, mochten we gebruik maken van het huis van Jos en Rolf, terwijl zij met hun Watersnip op de Elbe varen. Wij konden heerlijk ons gangetje gaan. Wel gek om weer in een huis te zijn, al zijn we heel blij met dit geweldige aanbod. Op zondag maken we ons logeeradres schoon en leveren we moe, maar voldaan de auto in en gaan met het OV weer terug naar Den Bosch.

We liggen aan drijvende stijgers in de Brede Haven

Met die enorme regenbuien van twee weken geleden was het water in de Maas zo ontzettend gestegen, met veel overstromingen als gevolg. Er kon op de Maas niet meer gevaren worden, ook omdat er ontzettend veel meegesleurde troep in de Maas lag. Zelfs hier in de haven van Den Bosch, tussen de sluizen in, was het water gestegen tot 3.60 m boven N.A.P. De vaste steigers van de haven waar we eerst lagen, liggen samen met de meerpalen en de elektriciteitsaansluiting een heel stuk onder water. Gelukkig ligt de boot nu aan een drijvend steiger en kunnen we deze onder het waakzaam oog van de havenmeester met een gerust hart voor wat langere tijd achterlaten.

Heerlijk, we zijn weer terug op ons bootje. Het waterpeil in de haven is gezakt tot 2.60 m boven N.A.P. Morgen is het dinsdag 27 juli en varen we richting het zuid-oosten. Over de Zuid-Willemsvaart naar Veghel. Daar gaan we het nieuwe huis van Karina en Bap bewonderen!

De Maas in het nieuws

15 juli 2021

Het water in de grachten van ’s Hertogenbosch begint ook al te stijgen.

Iedereen heeft natuurlijk wel op het nieuws gezien dat de enorme regenbuien gisteren in Duitsland, België en Zuid-Nederland voor veel wateroverlast en schade hebben gezorgd. In Duitsland zijn er ruim 100 mensen verdronken, velen nog vermist en hele gedeelten van dorpen door het water verzwolgen. Wanneer je in een van deze gebieden woont is het natuurlijk verschrikkelijk, het water is meedogenloos.

We kunnen niet meer op de Maas varen. Ook de beroepsvaart is gestremd. De sluizen gaan spuien om grote hoeveelheden water af te kunnen voeren en er ontstaat een gigantische stroom. Gisteren rond tien uur zagen we beelden van de Maas in de buurt van sluis Limmel. Vreselijk, bijna niet voorstelbaar in Nederland, waar we zo bedreven zijn in het beheersen van het water. Een kolkende stroom, met overal grote boomstammen in het water. 

Ook hier in ’s Hertogenbosch, waar we sinds maandag liggen, wordt er rekening gehouden met het meer openzetten van de sluizen op de Dommel. Vanmorgen kwam de havenmeester bij alle boten langs. De verwachting is dat het vaste steiger in de jachthaven zeker een meter onder water komt te liggen. Dus, verhuizen is de enige optie. Onder de vaste Boombrug door, nu het nog kan. Dit is een beter plekje wanneer het water stijgt. Hier is een drijvend steiger.

Na een paar heerlijke weken in Dordrecht, was het vorige week ook fijn om naar buiten te gaan en in de natuur te kunnen liggen. We passeren twee sluisjes aan weerszijde van de Nieuwe Merwede en varen zomaar de prachtige Biesbosch binnen. We meren af aan een paar palen die op vijf meter afstand van de kant van een eilandje staan en zijn de enige boot. Af en toe meert er een bootje van Rijkswaterstaat aan om wat materieel te brengen of op te halen. Het geeft direct een eilandgevoel en je waant je een beetje in Scandinavië. Nou ja, een klein beetje dan.

Aad wordt na een dag een beetje onrustig omdat hij niet van de boot af kan. Het is natuurlijk ook wel leuk om een beetje op verkenning uit te kunnen gaan. De volgende dag gaan de trossen los en kabbelen we door het zuidelijke deel van de Biesbosch richting Maas. We zien onderweg toch nog een leuk plekje, en omdat we tijd genoeg hebben leggen we aan bij een paar boxen aan de kant. Ook wel een keer leuk om wat andere boten naast ons te hebben. Hier kunnen we een behoorlijke wandeling maken rondom een moerasachtig gebied. Bloeiende moerasspirea, engelwortel en smeerwortel. Mooi en ongerept.

De foto’s die Aad in de avond maakt laten een verstild landschap zien met de ondergaande zon boven een grote vogelplas. Jammer van die aan een stuk door kakelende vrouwen naast ons. De dames praten vanuit de kuip van hun twee boten. Op het water klinkt alles zo hard en we zijn natuurlijk niets meer gewend. We kunnen onze draai niet vinden; waar hebben die vrouwen het toch urenlang over? 

De volgende ochtend zijn we om half negen al weg. Pfff, het kan alleen maar beter worden.

Op naar Heusden. De Maas is nu gelukkig nog rustig. De rivier is prachtig. Langzaam meandert de Maas door het landschap, een Amerikaanse windmolen en koeien langs de kant. Grote bomen begeleiden als piketpalen de loop van de rivier.

We leggen aan op een mooi kops kantje, met een prachtig uitzicht op de twee molens en het witte klapbruggetje. Wat is Heusden een snoepje van een stad. Helemaal gerestaureerd, Heusden lijkt wel een groot openluchtmuseum. Met zoveel liefde is het vestingstadje in oude staat teruggebracht. Jammer van de vele auto’s en terrassen in de stad.

We eten ’s avonds heerlijk in het zonnetje bij restaurant ‘van Dijk’.  Vanaf het terras zien we de Tiberius liggen. Wat een uitzicht, een feestje om Tiberius zo van een afstandje te bekijken! 

Na twee dagen is het tijd om naar ’s Hertogenbosch te varen.

Starks zien we Meta en Arnold uit Groningen met hun drie kinderen, dat wordt pannenkoeken eten! We verheugen ons er op.

2 weken ’n Dordtenaar

zaterdag 3 juli

Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is grote-kerk-dort-06-1.jpg
Grote Kerk Dordrecht “vanuit de kuip”

We zijn twee weken Dordtenaar geweest. Ook wel schapenkoppen genoemd. Zo werden de inwoners van de stad uitgescholden omdat ze probeerden de belasting op “geslacht” (vlees) te ontduiken. Verder is het een rustige stad die ons goed bevallen is. Dordrecht is een van de oudste steden van ’t land met een roemrucht verleden. Onder andere dat van de ‘jongens van Johan de Witt’. Het is erg leuk om door de stad te kuieren en zo de geschiedenis ervan te ontdekken. Deze oude stad is vergroeid met het water en de scheepvaart. Er zijn nog steeds prachtige binnenhavens. Als je een rondvaart door de stad maakt vaar je er als-het-ware onderdoor. Dan zie je ook de rafelranden van de oude stad wat mooi is. Niet alle gebouwen zijn tot in de puntjes “gerestaureerd”. Je kunt het verleden, zowel economisch als bouwkundig aflezen.

We liggen hier prachtig in de Nieuwe haven. Zo stil hebben we zelden midden in een middeleeuws centrum van een stad gelegen. Twee stegen door en we zijn op de Markt of bij een lekkere Italiaan. Gisteren hebben we het Dordts Museum doorkruist. Er was een tentoonstelling gewijd aan 800 jaar stad met veel inzendingen van bewoners. Alles rijp en groen met hier en daar een pareltje. En natuurlijk hebben we de vaste collectie bekeken waar het stadsgezicht op Dordrecht van de Leidse Jan van Goyen uit 1656 niet mag ontbreken.

Vanavond gaan we met een Greenwheels – auto naar Ivo en Lisa in Amersfoort, waar ik pannenkoeken voor Ivo’s verjaardag ga bakken. Zijn lievelingsmaal. Vooral als z’n vader ze bakt. Voor Lisa heeft Ria een lekkere courgette-lasagne gebakken. Ook was het vorige week heel gezellig met Marisja en Thijs op de boot. We hebben door de stad gezworven en gegeten bij Villa Augustus. Een restaurant in een voormalig waterzuiveringsgebouw met daarbij een voormalige watertoren als hotel in de moestuin. Net zo hip als het Rotterdamse hotel New York. Jammer dat de kwaliteit van het eten tegenviel.

Komende week gaan we weer ’n stukje door richting het oosten. Door de Biesbosch richting ’s Hertogenbosch.

Middelburg . Veere . Zierikzee

Zicht op Veere vanaf het eilandje Mosselplaat in het Veerse Meere

Ons rondje Zeeland zit er op. Na een onrustige nacht aan een steiger bij de Volkeraksluis zijn we vanochtend vroeg, in de druilerige regen, via het Hollands Diep en de Dordtsche Kil naar Dordrecht gevlucht. De noordelijke wind stond vannacht recht op het drijvende steiger. Toen Ria vanochtend even boven ging kijken, hing de zware boot voor ons, half op twee springen aan het steiger. Ik heb de mensen nog proberen te wekken maar ze gaven geen sjoege. We vertrouwden het niet en zijn voor dag en dauw vertrokken. Stel je voor dat die boot los raakt en met de wind tegen Tiberius aan klapt. De tocht over de Dordtsche Kil was onrustig met stroom tegen wind en de zware tankers die ons passeerden. Door de zuiging van de schepen stond er af en toe een golfslag op de rivier waardoor de kortere boot voor ons zich gedroeg als een duikelaartje. Hier in de haven van de Koninklijke Dordrechtse Roei- en Zeilvereniging liggen we goed. We blijven hier minimaal een week. We bezoeken donderdag de voorstelling Beefteefjes van Servaes Nelissen in Kunstmin hier in de stad. En natuurlijk is er nog veel meer te zien in deze prachtige middeleeuwse stad.

Oosterkerk Middelburg gecombineerd met de negentiende eeuwse wanden van het Prins Hendrikdok geven de kerk een Romaans sfeertje.

Het was heerlijk een paar dagen door Middelburg te zwerven. De stad straalt een klassieke schoonheid uit. Dat is onder meer te danken aan architect P.Verhagen die de wederopbouw van het historische centrum na het bombardement aan het begin van de tweede wereldoorlog met traditionalistische hand heeft begeleid. De stad is weer pandje voor pandje heropgebouwd waarbij de architectuur dienstbaar is aan de stedelijke ruimte. De rechtlijnig denkende modernisten spraken er schande van. Ik vind het mooi en met mij steeds meer mensen. De Markt ligt er nog steeds netjes bij nadat ik hem 20 jaar geleden heb heringericht en de auto’s van het plein verdwenen.

Vanuit Middelburg hebben we met een Greenwheels autootje nog een bezoek aan de boulevard van Vlissingen gebracht. Lekker uitgewaaid. Bij terugkomst vanuit Middelburg via het kanaal door Walcheren in het Veerse Meer zijn we op een eilandje blijven hangen. We vonden het te warm om weer in Veere te gaan liggen. Konden vanaf het eilandje wel genieten van het prachtige uitzicht op de stad.

Ook leuk om met Ria daarna door Zierikzee te wandelen. Ze heeft veel herinneringen aan de stad waar haar moeder is geboren en getogen. Ria vertelt op elke hoek van de straat wel een verhaal over de tijd dat ze hier bij haar oom en tante of oma en opa logeerde.

Ria: ‘Mijn moeder werd geboren op het hoekje van het Kraanplein, naast het Havenplein aan de oude haven, waar mijn oma een sigarettenwinkel annex snoepwinkel runde. De kinderen waren altijd in de kamer achter de winkel te vinden. Opa fietste over het hele eiland om boeren en hun werknemers te bezoeken en wekelijks loon te betalen. Ook controleerde hij aardappel- en uienoogsten. Deze verkocht hij voor de boeren nadat ze waren opgeslagen in zijn loodsen aan de haven. Later woonden opa en oma aan de Nieuwe Haven. Bij springvloed lagen de zandzakken voor de voordeur. Zo indrukwekkend dat je als kind het hele proces van eb en vloed van zo dichtbij meemaakt en ook over de watersnoodramp hoort praten.

Opa en Oma zijn dan ook geëvacueerd en hebben een maand lang in Leiden bij mijn ouders gewoond. Eenmaal per jaar, in augustus was het mosseldag en de hele kade van de Nieuwe Haven lag dan vol met vissersschepen, waar we met de hele familie bij elkaar kwamen en emmers vol mosselen kochten. Met hier en daar een allergische reactie als gevolg van het gulzige festijn.

Ook herinner ik me bezoekjes aan een tante van mijn moeder. Wat een indruk heeft die vrouw op mij gemaakt; ik denk dat ik een jaar of tien was. Zij was al heel vroeg weduwe en bleef met drie kleine kinderen achter. Om de kost te verdienen werkte ze in het weeshuis en de kinderen kwamen tussen de middag uit school daar eten. Er was waarschijnlijk weinig geld, maar toch vond ik het geweldig dat ze zulke mooie meubels had en dan dat servies! Dat wilde ik later ook! Pas later wist ik dat het meubels van Pastoe waren en dat zij waarschijnlijk een van de eersten was met het Teema servies van Iitalla. Leuk dat mijn smaak voor mooie spulletjes toen al bepaald was’.

De haven van Zierikzee was in het weekend dat we er lagen mudje vol. Wel zijn we van vrijdag op zaterdag verhuisd. De plek waar we de eerste dag lagen was direct naast een terras en de geneugten van deze nieuwe tijd is dat daar dan ook direct weer herrie vanaf komt tot 10 uur ’s avonds, waarna een luidruchtig stel nog eventjes tot na middernacht op een bankje door-feestte. Vis gekocht en Aad heeft een Zeeuwse bolus gegeten, dat hoort er natuurlijk wel bij.

Willemstad

vrijdag 11 juni

Ik teken het havengezicht van Willemstad met een oude hijsinstallatie op de voorgrond.

We genieten volop van het prachtige zomerweer. De zon die we in het voorjaar hebben gemist wordt ruimschoots gecompenseerd. En heerlijk om vanuit Zuid- Holland, na lange tijd, de ruime Zeeuwse wateren weer eens op te zoeken. Vorig weekend lagen we in Willemstad. Een gaaf stadje. Het bijzondere is dat in Willemstad zowat alle voorzieningen binnen de wallen liggen. Inclusief de supermarkt. Zonder overigens concessies te doen aan de monumentale status van de stad en van veel gebouwen daarin. De stad ligt bovendien nog aan drie zijden in het open landschap waarvan een aan de rivier. Je kunt er nog heerlijk eten ook, zoals in restaurant Mauritz. Vooral op zondagmiddag in de prachtig aangelegde tuin, met haagjes tussen de tafeltjes en een echte Liriodendron tulipifera of Amerikaanse tulpenboom bij de entree van de tuin. Jan Wolkers hield zo van deze boom met name die in de Leidse Hortus, ook bij de entree.

Vanuit Willemstad, op weg naar Yerseke, zijn we eerst nog even in de haven van Ooltgensplaat gaan kijken. We hebben er met de ONJ al een keer gelegen. We passen nu met de Tiberius maar net in het kleine haventje. Ooltgensplaat viel ons tegen en we zijn verder gegaan naar de Grevelingen om daar de zon vanaf een klein eilandje onder te kunnen zien gaan. Echt een Zweeds sfeertje met basaltblokken rond het haventje.

De volgende twee dagen doen we Yerseke aan. Deze oude bekende vissersplaats is vooral mooi door de grote viskotters in de werkhaven en natuurlijk om van oesters en vis te genieten. De stokken die op de oesterbanken de kratten markeren steken mooi af tegen de vage achtergrond in de morgen. Oesters worden gekweekt in de Oosterschelde, waaraan Yerseke ligt. De temperatuur van het water, het zoutgehalte, de bodemgesteldheid, de zuiverheid van het water en de beschutte ligging, maken dit gebied ideaal voor de oesterkweek.

We liggen nu in Veere en dachten in dit prachtige stadje 4 dagen te blijven. Onze planning was morgen met de bus naar Middelburg te gaan waar Ria haar tweede prik kan ophalen. Bij nader inzien rijdt er in het weekend geen bus. Dus moet ik naar de havenmeester om de drie te veel betaalde dagen terug te vragen en gaan we met Tiberius over het kanaal door Walcheren naar Middelburg. We hebben gisteren toch nog even van het zonnige Veere kunnen genieten. We komen hier zeker nog eens terug.

Goedereede

Woensdag 2 juni,

Uitzicht over Goedereede vanaf de Toren.

We hadden gisteren een goede reden om in Hellevoetsluis een Greenwheels te huren en er een dagje op uit te trekken. En, jullie raden het al, de reis ging naar het Middeleeuwse stadje Goedereede. Betekent: goede aanlegplek. Een prachtige plaats met een lange geschiedenis die terug gaat tot de Romeinse tijd. De Markt van het stadje lag er onder de stralende zon bij als een idylle uit een Frans sprookje.

Ik had bij aankomst in Goedereede het voorrecht om zo’n beetje als eerste na het Coranatijdperk de toren te mogen beklimmen. Er zaten beneden twee mensen even uit te puffen die de toren aan het schoon maken waren. Het schoonmaken betekent ook het stofzuigen van de 275 traptreden van de toren. Omdat ze toch aan het werk waren mocht ik, samen met nog iemand naar boven. ’n Hele klim, maar het uitzicht was de moeite waard. Er is ook niets mooier voor een stedenbouwer dan de verkavelingsstructuur van een stad van boven te bekijken. En Goedereede is extra de moeite waard vanwege haar prachtige patroon van daken en schuren die langs smalle straten in het stadje staan. Het middeleeuwse stratenpatroon is praktisch nog volledig in takt. Goedereede heeft nog een oude “schurenstraat” waar vroeger de boeren hun werkplaatsen en opslag hadden. Van de oorspronkelijke stads-wallen is niet veel meer over. En het is natuurlijk jammer dat de stad nu midden op het eiland Goeree ligt terwijl het vroeger een uitgang naar zee had en van de visserij leefde.

Natuurlijk hebben we, na het bezoek aan Goedereede, ook het nabijgelegen strand van Ouddorp bezocht. Heerlijk om weer even ouderwets aan het strand te navelstaren en een boterhammetje met omelet te eten zoals moeder Lena dat vroeger klaarmaakte.

We hebben al weer 1,5 week geleden het koude en druilerige Schiedam verlaten en zijn we via de Oude Maas en het Brielse Meer naar Brielle gevaren. We hadden eerlijk gezegd meer van Brielle verwacht dan het ons kon bieden. Natuurlijk heeft Brielle een lange geschiedenis die veel van ons wel kennen. En Brielle is ook een van de stadjes dat nog praktisch volledige stadswallen heeft. Maar al met al vonden wij het er een beetje rommelig bij liggen. Met name de openbare ruimte zou wel eens een opknapbeurt kunnen gebruiken. En het voorzieningen niveau was op z’n zachts gezegd mager.

Stadsgezicht op Brielle met een oude kaart als onderlegger.

Dan was het eigelijk nog leuker na Brielle nog een nachtje aan een van de vele aanlegsteigertjes in het Brielse Meer te liggen en te genieten van de vogels. Vlak bij zat moeder zwaan op haar nest terwijl haar man een beetje in de buurt rond schooierde. En twee families Koet waren druk bezig hun gebroed groot te brengen met het afzoeken van de hele oever naar beestjes die ze vervolgens in de kleine hongerige bekjes van de piepende kleintjes stopten.

Op weg naar Hellevoetsluis lag Oud- Beijerland als tussenstop voor de hand. De reis er naar toe was vervelender dan verwacht. We hadden er geen rekening mee gehouden dat de Oude Maas een van de drukste scheepvaartroutes voor de binnenvaart is. Het is natuurlijk de verbinding tussen Europoort en de Waal realiseerden we ons later. Stom. We hadden, bij het verlaten van de Voornse Sluis, aan het eind van het Brielse Meer, direct twee van die joekels achter ons aan. Voor de Spijkenisserbrug liet ik de eerste voor gaan. Onder de brug vond Ria dat ik gas bij moest geven omdat de volgende gigantische duwbak in ons nek zat. Met als gevolg dat ik de eerste weer langzaam aan stuurboord begon in te halen, terwijl hij steeds meer stuurboordwal begon aan te houden. Daarbij hield hij op een gegeven moment zo veel stuurboordwal dat ik ternauwernood nog gas kon terug nemen om niet op de volgende krib te worden gezet. Na een oproep via de marifoon gaf hij aan dat ik me maar had moeten melden en als ik er langs wilde dat aan bakboord kon. Daar zijn we maar niet op in gegaan en zijn de rest van de Oude Maas tot aan het Spui er netjes en veilig achter blijven hangen.

Bij aankomst in het kleine haventje van Oud- Beijerland zei de havenmeester dat hij nog een plekje achterin had. We schrokken best toen we binnen liepen. De haven lag links en rechts Tjokvol op deze zeldzaam hete zaterdagmiddag. Aan beide zijden had ik ongeveer nog twee handbreedtes over tussen de reeds aangemeerde schepen. De jongelui op de kade riepen ons met een glas in de hand toe. Op de plek die de havenmeester voor ons in gedachte had, lag nog een sloep en een waterscooter. Toen die door hem werden weggehaald pasten we net in het overgebleven gaatje. Nadat we twee dagen in Oud- Beijerland gelegen hadden, en de haven weer grotendeels was leeggestroomd op de vaste liggers na, zat er niets anders op dan de hele haven weer achteruit te verlaten. Een man op de kant riep ons toe dat je daar ook alleen met schepen korter dan 10,5 meter in mag. Dat had de havenmeester ons niet verteld. Bovendien ga je er van uit dat hij wel weet wat hij doet. Stom, temeer ook dat Ria al van te voren gevraagd had, of we daar dan wel konden keren. Ja hoor, dat kon makkelijk. Niet dus! Op de foto ziet het er nog wel aardig riant uit maar in werkelijkheid hadden we gewoon te weinig ruimte. Heel anders dan met onze ONJ, hebben we nu vaak echt in de gaten dat we wel een grote boot hebben. Die gewoon niet overal zomaar past.

Met de schoenlepel in de haven van Oud Beijerland.

Op dit moment liggen we aan een meer- boei in het zuidelijke bochtje van het Spui, grenzend aan het Haringvliet. En genieten van het prachtige, warme, zonnige weer en het frisse windje hier op het open water. We draaien met het getijde en met de wind mee. Heerlijk rustig na een rumoerig verblijf in de haven van Hellevoetsluis. Vannacht blijven we hier. Om Rolf gerust te stellen, zullen we het ankeralarm aanzetten.

Delft en Schiedam

zaterdag 22 mei

Gezicht op Delft naar Johannes Vermeer, Aad Trompert mei 2021

De route over de Trekvliet en de Delftse Vliet, van Leidschendam naar Delft is prachtig. Eerst komen we langs het chique Voorburg. We varen langs diepe, rijk begroeide achtertuinen tot aan het water. Verderop, in Den Haag schampen we de rand van de stad met veel verkeer en bruggen. Ongeveer de helft van de bruggen moet open. Via de marifoon gaat dat vlot. De brugwachters volgens ons op afstand van brug naar brug. We hoeven nergens lang te wachten. Het laatste stuk varen we rond de Delftse binnenstad en leggen aan in de Zuidkolk. Hiervandaan schilderde Vermeer zijn bekende stadsgezicht op Delft. Van het uitzicht van toen is niet veel meer over. We kunnen vanaf onze ligplaats alleen de de toren zien die de binnenstad doet vermoeden.

Tussen de buien door maak ik foto’s van Delft. Zo kan ik, als het buiten guur en koud is op de boot de foto’s samenstellen tot een stadsgezicht. En wat is er leuker dan het ‘Gezicht op Delft’ van Johannes Vermeer proberen na te bouwen. Heel leerzaam. Veel van de poorten en oude gebouwen uit de 17e eeuw zijn echter verdwenen. Maar, door goed te zoeken vind ik toch nog monumenten die er voor in de plaats kunnen staan. En natuurlijk wordt dit met foto’s samengestelde stadsgezicht niet hetzelfde als het met vlotte kwast geschilderde exemplaar van Vermeer. Het blijft een interpretatie. Zo heb ik rechts in mijn stadsgezicht de Oosterpoort gebruikt, waar Vermeer de Schiedamse poort schilderde en heb ik veel meer onderdelen op een andere plek in de stad gevonden. Maar, de toren, het stralende middelpunt staat er gelukkig nog steeds. Het mooiste is om het licht dat Vermeer probeerde te vangen, na te maken. Een hel verlichte toren en rode daken op de achtergrond, suggereren dat de stad daar door de zon beschenen wordt.

We genieten van Delft. Zo hebben we de stad nog niet meegemaakt. Altijd waren we er voor een kort bezoek. Nu zien we dat de stad meer is dan een studentenstad. De binnenstad is prachtig en divers, met zijn smalle grachten en een grootse markt.

Jos en Rolf varen mee naar Schiedam, omdat dit met name voor Rolf bekend terrein is. Als we Schiedam naderen moeten we bij De Rolbrug bij ‘Huis te Riviere’ de brugwachter in Schiedam bellen. Bij de naam van de brug zou je wel iets anders verwachten dan dit smalle, roestige, grotendeels met de hand te bedienen exemplaar, gelegen naast een sloopbedrijf. Een van de wachters met snor, komt met zijn zwarte regenjas, voorzien van lichtgevende grijze strepen, op een glimmend gepoetste oldtimer Zundapp bromfiets. Precies zoals een brugwachter er uit moet zien. Iets verderop begrijpen we pas hoe serieus hun taak is. Als we de A20 en het vlak er naast gelegen spoor kruisen moeten zij 5 bruggen vlak achter elkaar voor ons openen. Het zijn de afritten van de A20 en parallelwegen aan het spoor. Soms is de ruimte tussen de bruggen niet veel langer dan een scheepslengte. Bovendien lig je dan te wachten onder het brede, donkere viaduct van de A20 en het spoor, dat voor ons net hoog genoeg is. Na de Proveniersbrug liggen we in een klein haventje vlak naast de molen de Kameel. Een opnieuw gebouwde, typische Schiedamse stelling-stadsmolen die gebruikt werd om gemout graan te malen voor de fabricage van jenever, waar Schiedam bekend om is. De oorspronkelijke Kameel heeft tot 156 jaar geleden dienst gedaan. Toen blies een windvlaag de wieken van de molen. Drie jaar later zijn de resten van de molen gesloopt. Omdat dit een van de meest beeldbepalende molens in Schiedam was, is 12 jaar geleden besloten de molen te herbouwen.

Om het oude beeld van Schiedam, met zijn hoge molens en karakteristieke, vaak uit gele baksteen gebouwde pakhuizen te eren, heb ik een stadsgezicht langs de Noordvestgracht gemaakt. De molen De Noord en De Nieuwe Palmboom laat ik daarlangs figureren en ook de brug naast de Beurs komt op mijn stadsgezicht terug omdat die zo typisch Schiedams is. De donkere lucht is geen fake, zo is het weer hier op dit moment!

Stadsgezicht Schiedam met hoge stelling stadsmolens aan de Noordvestgracht.

Leidschendam

zaterdag 15 mei

Havenkantoor leiden

Via Lisse en Leiden zijn we nu in Leidschendam aangekomen. Van Haarlem naar Lisse voeren we over het prachtige, romantische Buitenspaarne tot aan het Gemaal Cruquius. Aan het Buitenspaarne liggen de roeivereniging van Haarlem en de groene volkstuinen waar Rixta Rommel, onze kleurrijke tuinarchitect, een tuintje had. Toen we vorig jaar in Haarlem lagen hoorden we dat ze was overleden. Ze heeft haar kapitein jammergenoeg nooit ontmoet. Het gemaal Cruquius ligt op de kruising van het Spaarne en de Ringvaart van de Haarlemmermeer. Het gemaal is een van de drie stoomgemalen die de Haarlemmermeer tussen 1849 en 1852 heeft leeggepompt. Het is de grootste stoommachine ter wereld.

We vervolgden onze weg over de saaie Ringvaart. Het hoogteverschil tussen de polder en het ommeland is goed waar te nemen. De kant van de Haarlemmermeer is duidelijk de arme kant met kleine arbeidershuisjes, de kant van de duinen is een stuk rijker met hier en daar een landgoed en een natuurgebied. Bij de Bennebroekerbrug zagen we de lepelaars hoog in het nest zitten. Gerard had ons er op gewezen, hier in dit drassige natuurgebiedje naast de brug, goed op te letten. Ze zitten hier op de verlaten nesten van reigers, lui als ze zijn. In Hillegom kunnen we bij nadere informatie niet langs de kade van de Hillegommer beek liggen. We zijn te groot. Iets verderop krijgen we een plekje in de verenigingshaven van Lisse.

Dicht bij deze haven staat een Greenwheels deelauto waarmee we vrijdag naar Amersfoort moeten omdat Ria haar kiespijn maar niet over gaat. In Lisse zijn alle tandartsen gesloten of zij willen niet helpen. Slechte zaak! Ik ga vrijdagochtend de deelauto halen. Ria wacht bij de entree van de jachthaven op mij. De auto wil echter niet open. Nadat ik Greenwheels heb gebeld, kwam ik er achter dat de accu leeg was. Dubbele pech. Wat nu, een Greenwheels in Nieuw Vennep pakken? Geen goede optie want de tijd dringt. Dan maar een taxi gebeld. Een aardige schauffeur brengt ons in rap tempo en veilig naar Amersfoort. De assistente en de tandarts wachten dan al een half uur op ons. Dat is pas service! Gelukkig neemt Ria haar kiespijn na de behandeling af.

In Haarlem deed de aansluiting van de walstroom het niet. Daar hebben we voornamelijk op de zonnepanelen en de generator stroom opgewekt. Tot overmaat van ramp viel de generator in Lisse ook uit. Oververhit. Wat nu? Natuurlijk de wierpot gecontroleerd. Daar kwam een klein beetje wier uit. Blijkbaar niet de oorzaak want daarna deed de generator het nog niet. Dan maar de monteur van de werf Oldenhage aan de overkant van de Ringvaart gebeld. Deze aardige man kwam gelukkig op zaterdagochtend naar ons toe. Hij heeft de impeller vervangen. Die was totaal aan gort. De resten zaten tegen de warmtewisselaar. Gelukkig hadden we een reserve impeller aan boord. En de walstroom was een kwestie van een paar knoppen in de juiste stand zetten. Stom. We hadden weer stroom genoeg.

Eind van de regenachtige zaterdag stomen we verder naar de Kaag. We hebben een afspraak met John, Ria haar buurjongen van 50 jaar geleden. Hij heeft een zomerhuisje aan de Kaag met prachtig uitzicht over een van de plassen. We mogen aan een ponton, vlak bij zijn huisje aanmeren. Onder het genot van een fles witte wijn praten we bij over de wederzijdse moeders die vriendinnen van elkaar waren en natuurlijk over de wederzijdze levensgeschiedenis. Aan eten komen we niet toe. Zondag varen we met John in zijn rubber boot naar het bijgelegen restaurant en drinken daar koffie met koek in het zonnetje. Zondagmiddag doen we een uurtje over het stukje van de Kaag naar de Haven van Leiden. De volgende dag bezoek ik John zijn atelier. Leuk om hem hier aan het werk te zien en te praten over het fotografenvak. Hij maakt een paar portretten van me omdat hij dat leuk voor Ria vindt. John werkt prachtig en subtiel met licht. Leuke kennismaking met deze buurjongen die we via Facebook weer opnieuw hebben ontdekt.

En natuurlijk leuk om Leiden weer opnieuw te ontdekken. Ik maak een tekening van het havenkantoor en avond-foto’s van de stad. De voorlaatste avond in Leiden nodigen we Frank en Ineke uit, die vlak bij langs de Zoeterwoudsesingel wonen. Ook met hen hebben we, onder het genot van een drankje, heel wat bij te praten.

Woensdag stappen Gerard en Aniet op. Gerard kookt voor ons ’s avonds asperges met ham en eieren en natuurlijk nieuwe aardappeltjes met boterjus. Ouderwets lekker. We varen donderdag via de Vliet naar Leidschendam. En ontdekken opnieuw het toch redelijk groen gebleven landschap langs de Vliet. Ook al varen we door hartje randstad. In Leidschendam verdicht de bebouwing zich en worden we in de historische sluis, door uiterst vriendelijke sluismeesters geschut. We leggen iets verderop aan omdat we vinden dat we voor vandaag genoeg gedaan hebben. Ria kookt een heerlijke maaltijd van de site Cheflix die recepten van chefkoks prijs geeft.

Nog steeds Haarlem

Zondag 2 mei,

Gravestenenbrug, de Waag en het Teylers museum

Gerard heeft mij maandag 26 april opgehaald om in zijn prachtige klassieke Healey een rondje door de bollen te maken. Leuk om in de bollenstreek alle oude vertrouwde plekjes weer tegen te komen. De tulpen stonden prachtig in bloei. Het was op de maandag voor koningsdag al erg druk op de kleine binnenweggetjes door het kleurijke bollenland.

Met Koningsdag was het hier een gekkenhuis. De kades van het Spaarne stonden en zaten vol met oranje mensen en in het Spaarne is het nog niet zo druk geweest met kleine bootjes die af en aan spelevaren. Het was heel gezellig en gemoedelijk. Ik heb alles, natuurlijk van een afstand, rustig bekeken. Heel begrijpelijk met dit mooie weer en na twee zomers van beperkingen. Maar ja, het kan eigenlijk nog niet. De IC’s liggen nog vol. Later hoorden we via het nieuws dat de burgemeester de drankuitgifte, zowel in cafe’s als in de supermarkten heeft stop gezet om een eind aan het spektakel te maken. Gisteren hebben we voorzichtig en verantwoord ons eerste bezoekje aan een terras gebracht. Verstandig om de terrassen te openen. Heerlijk om zo, onderuitgezakt in een bank, van het zonnertje en een wit wijntje te genieten dat voor je wordt ingeschonken. Het is lang geleden dat we daarvan konden genieten.

Verder heb ik heerlijk de stad afgeschuimd naar mooie plekjes. Een favoriet is de hoek Gedempte Oude Gracht en de Botermarkt waar het warenhuis van de voormalige, door Jan Kuijt in 1927 ontworpen V&D staat. Jammer dat dit prachtige warenhuis over de kop is en lege plekken in veel steden van Nederland heeft achtergelaten. Nu zit hier de Hema op de begane grond. Heel wat anders dan de grandeur van het voormalige warenhuis met 6 verdiepingen dat vooral in de naoorlogse decennia haar bloeiperiode kende.

Gebouw van de voormalige V&D op de hoek van de Botermarkt en de Gedempte Oude Gracht.

2 WEKEN HAARLEM

Zaterdag 24 april,

Schets vanuit de kuip: hoek Burgwal Spaarnwouderstraat

Wel liggen al weer een week in Haarlem en zijn van plan nog een week te blijven. En dat is helemaal geen straf. Haarlem is leuk. Ria moet volgende week vrijdag voor de eerste prik naar Amsterdam en ik heb na volgend weekend een afspraak in Zaandam voor een project in Zaandijk. Gisteren hebben we met Thom en Elly in de waterleidingduinen gelopen en ’s avonds zijn we door Elly verwend met een heerlijke maaltijd. Vanavond gaan we bij Gerard en Anita eten, in de Glip. Daarvoor nemen we de Greenwheels die om de hoek staat.

Ik heb Ria’s fiets elektrisch gemaakt met een pakket van Swytch. We hebben daar ruim een jaar op moeten wachten. Door Covid liep de productie in China achter en vanwege de Lockdown in combinatie met de Brexit kwam het pakketje maar niet het Kanaal over. We geloofden er niet meer in dat we het motortje zouden krijgen. Goed, maar hij is er. Ik heb hem met veel gepuzzel op Ria’s Brompton vouwfiets gemonteerd. Dus gelijk maar eens uit geprobeerd met een ritje naar de Cruquius. Ria kon redelijk goed met de elektrische Brompton fiets overweg. Maar heeft door haar enthousiasme er eindelijk eens uit te kunnen, direct te lang gefietst met als gevolg drie dagen extra pijn in haar knieën. Volgende keer dus beter langzaam opbouwen! Zelf ben ik dinsdag op de Brompton met hulpmotor naar Bloemendaal gefietst en door de duinen terug. Dan is 22 km met een Bromton vouwfiets goed te doen.

Natuurlijk schuim ik met mijn fototoestel de binnenstad af, op zoek naar mooie plekjes. De foto van dit jaar heb ik al gemaakt:

Stadhuis van Haarlem aan de Grote Markt

Het is maar zelden dat je zo’n mooi leeg beeld van het centrum van de stad kunt maken. En jullie weten, ik hou van leeg. Juist in deze tijd is de stad minder bevolkt en is de kans op zo’n plaatje groter. Alhoewel het ook leuk is te zien hoe mensen zich nu anders gedragen. Ze zitten midden op de Grote Markt of op de kade van het Spaarne om hun drankje “to go” op te drinken. Nog even en dan mogen de terrassen weer beperkt open. Alhoewel de ziekenhuizen nog vol met Corona-patiënten liggen. Maar eens zien wat hier nu weer van komt…