11 augustus 2020
Het is niet zo gek om in Culemborg aan de kade te over – zomeren. Vanaf het begin van de middag liggen we hier namelijk met Tiberius in de schaduw van de hoge populieren langs de Veerdijk. Die schaduw is hard nodig met de huidige, langste hittegolf in 100 jaar.

Wij volgen elke dag hetzelfde patroon. In de nacht zetten we alle poorten, luiken en de hordeur aan de zijkant open om de warmte van de dag te laten ontsnappen en de koelte van de nacht binnen te laten. Dat proces van warmte-uitwisseling gaat echter elke dag trager omdat de nachttemperaturen nu zijn opgelopen tot 20 graden. In de vroege ochtend maken we een wandeling om even te bewegen. We doen een boodschapje en maken foto’s van de historische binnenstad. De rest van de ochtend werken we beneden, waar het dan nog redelijk koel is. Ria maakt tekeningen in podlood. Een nieuwe techniek die ze aan het uitproberen is. Ik werk de foto’s van de stad uit tot stadsgezichten. Met lunchtijd wordt het te warm en verkassen we van de boot naar de kade, op campingstoeltjes om te lunchen, te lezen en te drinken tot aan de avond. Dan ‘n borrel op het voordek waar dan al een windje staat en koken tegen acht uur, koelen af in de kuip tot we last van de muggen krijgen en onze ogen dicht vallen. Zo nog twee dagen te gaan. Donderdag en vrijdag, na 6 tropische dagen op rij, zet de verkoeling in. We kijken er met smart naar uit.


In de 14e eeuw kwamen er een stadsmuur en -gracht rond Culemborg om ongeregelde bendes en vijandelijke troepen buiten de stad te houden. Daarna werd de stad tweemaal buiten de bestaande muren uitgebreid. Omstreeks 1370 aan de noordzijde met het Havenkwartier en twintig jaar later aan de zuidzijde, waar het dorp Lanxmeer (NieuwStad) bij de stad werd gevoegd. Zo ontstond een soort “driestad” die volledig ommuurd werd.

Het stadhuis van Culemborg ligt midden in de Oude Stad en dateert uit 1534. Het Stadhuis werd gebouwd met geld dat door Elisabeth van Culemborg werd voorgeschoten. De kelder van het stadhuis diende oorspronkelijk als vleeshuis, later als wijnkelder. De Binnenpoort is de enige van de zeven stadspoorten die bewaard is gebleven.


Toen de oude stad nog uit drie delen bestond, elk apart ommuurd en omgracht, vormde deze poort de verbinding tussen de Oude en Neuwe stad. Deze stadspoort stamt uit de 14e eeuw. In de nis staat een beeld van de heilige Barbara, beschermheilige van Culemborg.

De basis van de Grote of Barbarakerk in de Oude stad werd gelegd vóór 1300. In 1654 verloor de toren zijn spits door blikseminslag en brandde de kerk, tot op het koor na, uit. De spits is nooit teruggeplaatst, dus heeft de kerk nu een stompe toren. Deze oude grote kerk moet niet verward worden met zijn veel jongere, neogotische naamgenoot die er vlak naast staat. De Korenmolen “De Hoop” dateert uit 1853 en staat aan de zuidzijde van de oude binnenstad. In bovenstaande stadsgezichten heb ik bovenstaande historische gebouwen verwerkt en een opgepoetste mooie plek gegeven.

Oude reclame voor Miss Blanche, Virginia Cigarettes op de zijgevel van het pand tussen de Tollenstraat en de Achterstraat.